Hoe Kweek Je Wiet Op Een Balkon Of Dakterras?
Als je in een flat of appartement woont, beschik je waarschijnlijk niet over al teveel woonruimte. Laat staan dat je ruimte genoeg hebt om je eigen wiet te kweken. Maar geen paniek, Zamnesia is er om je te helpen! We hebben een gids voor je samengesteld over het kweken van wiet op je balkon of terras.
Eigenlijk kun je overal wiet kweken, zolang er maar licht is. En als je geen lichte plaats kunt vinden, kun je het licht altijd zelf nog regelen! Heb je een balkon of dakterras waar overdag genoeg zon komt? Dan hoef je niet lang naar de ideale locatie zoeken. Hieronder leer je alles over het kweken van wiet op een balkon of dakterras; van de basisbeginselen tot het opstarten van je kweek en het verzorgen van je planten!
De voor- en nadelen van wiet kweken op een balkon
Als je een balkon hebt, kan dat de perfecte locatie voor je wietkweek zijn. In feite kweken veel mensen op hun balkon of dakterras. Toch bieden deze plekken niet altijd de ideale omgeving voor wietplanten. Het is dan ook belangrijk te weten waar je op moet letten.
De voordelen van wiet kweken op je balkon
- Als het balkon op het zuiden is gericht, krijgt het genoeg uren direct zonlicht.
- Makkelijk te bereiken vanuit je woning.
- Verlichting of ventilatie is niet nodig.
- Goedkoper dan binnen kweken.
- Een effectieve manier om een paar kleine planten te kweken.
Nadelen van wiet kweken op je balkon
- De meeste balkons of dakterrassen hebben niet genoeg ruimte voor veel planten.
- Als het balkon niet op het zuiden is gericht, krijgen je planten misschien niet genoeg licht. Een balkon of dakterras op het noorden is niet geschikt.
- Het kan moeilijk zijn om je kweek geheim te houden, met name voor de buren.
Wiet kweken op een balkon of dakterras: de basisbeginselen
Kweken op een balkon of dakterras verschilt niet zoveel van buiten in een tuin telen. Toch zijn er enkele dingen waar je extra rekening mee moet houden. Door de ideale wietsoorten te kiezen en de juiste plantentraining toe te passen, kun je het maximale uit je balkonkweek halen en deze tegelijkertijd zo onopvallend mogelijk houden!
Het kiezen van de strain
Om te beginnen, moet je een geschikte strain kiezen!
Je wilt natuurlijk geen enorm, 2 meter hoog sativa-landras kweken dat overal bovenuit steekt. Dat zou niet alleen duidelijk maken dat je wiet kweekt, maar trekt ook onnodig veel aandacht.
Bovendien zijn de meeste balkons en dakterrassen gewoon niet groot genoeg voor planten met deze afmetingen. Daarmee zou je jezelf alleen maar problemen op de hals halen. Ook hebben dit soort strains een hoop zon nodig, waardoor sommige plekken afvallen. Maar welke opties heb je dan?
Meestal zijn indica's of indica-dominante strains de beste keuze. Fotoperiode planten moeten dagelijks wel genoeg uren zonlicht krijgen en vereisen soms wat training, maar zijn zeker geschikt als je al wat ervaring met wiet kweken hebt!
Het makkelijkste zijn echter autoflowers. Deze planten hebben minder direct zonlicht nodig en zijn over het algemeen kleiner. Als je een bescheiden, persoonlijke voorraad wiet wilt oogsten, dan zijn autoflowers waarschijnlijk de beste keuze.
Camouflage
Het is ook belangrijk dat je kweek goed verborgen blijft. De makkelijkste manier om je cannabisplanten aan het zicht te onttrekken, is met combinatieplanten. Wanneer je allerlei verschillende bladerrijke planten op je balkon of dakterras kweekt, zullen één of twee kleine wietplanten al snel niet meer opvallen.
Oplettende buren kunnen de wiet misschien nog steeds herkennen, maar de meesten merken niets op en zien gewoon een verzameling planten!
Wil je dat je planten echt niet zichtbaar zijn? Overweeg dan om een gaasdoek te bevestigen dat licht doorlaat, maar voorkomt dat buitenstaanders kunnen zien wat erachter groeit. Houd er wel rekening mee dat het afdekken van je balkon juist ook achterdocht kan opwekken.
Trainingstechnieken
Wietplanten trainen is ook een uitstekende manier om ze aan de kleine kant te houden. Bovendien kun je hiermee de opbrengst verhogen.
Echte beginners kunnen plantentraining echter nog maar beter even vermijden. Als het verkeerd gaat, kunnen planten namelijk te veel stress ervaren en daardoor vallen de oogsten uiteindelijk tegen. Bovendien zijn de meeste kwekers het erover eens dat alles behalve de lichtste vormen van training te veel is voor autoflowers. In plaats daarvan kun je deze planten beter gewoon hun gang laten gaan.
Als je je wietplanten toch wilt trainen, zijn hier enkele opties:
- Screen Of Green (ScrOG): hierbij vlecht je het bladerdak van een plant door een trellis om het vlakker te maken en meer bladeren bloot te stellen aan direct zonlicht. Hierdoor kunnen de lager gelegen toppen zich beter ontwikkelen, terwijl de plant aan de kleine kant blijft.
- Low Stress Training (LST): Low Stress Training is een geschikte methode om mee te beginnen. Hierbij buig je de stam van een jonge plant, waarna je hem horizontaal vastbindt. Dit zorgt ervoor dat de plant zijwaarts in plaats van de hoogte in groeit en stelt een groter oppervlak van de plant bloot aan zonlicht, waardoor de toppenproductie toeneemt.
- Fimmen: dit is een wat agressievere trainingstechniek, waarbij je de hoofdscheut van de plant verwijdert. Dit zorgt ervoor dat er vier nieuwe hoofdscheuten beginnen te groeien. Je kunt tijdens de vegetatieve groei zelfs meerdere keren fimmen om nog meer hoofdtoppen te creëren. Naast het verhogen van de oogst, zorgt het er ook voor dat je plant de breedte ingaat in plaats van de hoogte.
Potmaat
Een kleinere pot resulteert in een kleinere plant, terwijl een plant in een groter exemplaar meer wortels kan ontwikkelen en daardoor tot een hoge boom kan uitgroeien. Door een kleinere pot van 10–20l te kiezen, blijft je wietplant relatief klein, terwijl je toch nog een respectabele oogst kunt verwachten.
Is ruimte geen probleem en hoef je je planten niet te verbergen? Dan kun je elke potmaat kiezen!
Kweekpot Geotextiel
Plantschema
Door je wietzaadjes zo vroeg mogelijk te zaaien, krijgen je planten maximaal de tijd om te groeien en bloeien. En dit vertaalt zich uiteindelijk in meer wiet.
Tenzij je in een warm land woont, is het echter verstandig om tot medio april te wachten tot je je plant buiten zet. Temperaturen onder de 12ºC zijn namelijk schadelijk voor jonge wietplanten en vorst kan zelfs dodelijk zijn.
Wat je wel kunt doen, is je wietzaadjes binnen kiemen en ongeveer twee weken onder een CFL groeilamp opkweken tot zaailingen, voordat je ze naar buiten verplaatst. Dit geeft ze twee weken extra tijd om te groeien, waarbij ze het kwetsbaarste stadium in een veilige omgeving doorbrengen. Als je hiervoor kiest, is het belangrijk dat je je planten na die twee weken niet direct buiten zet. In plaats daarvan adviseren we je om ze langzaam te laten wennen aan de buitenlucht, wat we ook wel 'afharden' noemen.
Wiet kweken op een balkon of dakterras: stap voor stap
Een van de mooie dingen aan het kweken van wiet op een balkon (of dakterras), is dat als er maar genoeg zon is, de kweek heel simpel is. Maar om goede cannabis te telen, moet je altijd wat moeite doen en over enige kennis beschikken. Hieronder ontdek je hoe je op je balkon of dakterras wiet kunt kweken.
Kiemen
Om te beginnen, moet je je zaden planten en kiemen. Afhankelijk van wanneer je je kweek wilt starten en wat voor zaad je gebruikt, heb je een aantal opties.
Fotoperiode wietzaadjes
Als je fotoperiode wietzaadjes binnen gaat opkweken (daarover zo meer), dan kun je ze het beste in een propagator kiemen. Daarbij raden we aan om het zaad ongeveer 10mm diep in zaaipluggen te zaaien, die je vervolgens goed vochtig, maar niet drijfnat maakt. Houd de temperatuur ongeveer op 23ºC en de luchtvochtigheid hoog. Na 3–10 dagen moeten de eerste scheuten boven de grond verschijnen.
Geef de zaailingen regelmatig water tot ze na ongeveer 10–14 dagen drie sets met echte bladeren hebben ontwikkeld. Daarna kun je ze verpotten naar een grotere pot en ze (steeds wat langer) op je balkon zetten.
Autoflowering wietzaadjes
Kweek je autoflowering wietzaadjes? Die kun je op dezelfde manier kiemen, alleen sla je daarbij het verpotten naar een grotere pot over. In plaats daarvan zaaien wiettelers autoflowers meestal direct in de uiteindelijke pot. Plant het zaad ook weer zo'n 10mm diep in de aarde en geef genoeg water. Je kunt daarbij vershoudfolie over de pot spannen en daar enkele gaatjes in prikken. Dit zorgt voor de hoge luchtvochtigheid die nodig is voor het kiemen.
Binnen aan de slag gaan
Als je fotoperiode wietzaadjes kweekt, is het gunstig om ze tijdens het vegetatieve stadium zo lang mogelijk buiten te laten groeien. Daarom is het belangrijk dat je het zaad zo vroeg mogelijk kiemt. Zoals gezegd, is het verstandig ze in een propagator te zaaien en de zaailingen daarna naar grotere potten te verpotten. Daarbij kun je de planten het beste onder CFL-lampen laten groeien.
Nadat de zaden zijn gekiemd, moet je ze nog ongeveer 10–14 dagen binnen houden tot de zaailingen drie sets met echte bladeren hebben. Houd ze tot die tijd op je vensterbank of onder een CFL-groeilamp. Overweeg een tafelventilator te gebruiken om de jonge planten aan een constant briesje bloot te stellen. Dit verstevigt hun stelen en bereidt ze voor op het buitenleven. Doe je dit niet, dan kunnen je kleine wietplanten al bij een zuchtje wind omvallen!
Naar het balkon of dakterras verplaatsen
Zodra de zaailingen ongeveer twee weken oud zijn, is het tijd om ze in hun uiteindelijke pot te zetten en naar buiten te verplaatsen.
Maar zoals we al zeiden, moet je ze niet van de ene op de andere dag buiten zetten en gewoon aan hun lot overlaten. De plotselinge overgang naar het buitenklimaat kan ze namelijk stress opleveren, waardoor ze soms het loodje leggen. Bij het van binnen naar buiten verplaatsen van je planten, moeten ze eerst een tijdje afharden!
Om wietplanten af te harden, raden we aan om ze op de eerste dag ongeveer een uur op een schaduwrijke plaats te laten acclimatiseren en ze vervolgens weer binnen te zetten. Verleng de tijd die ze in de schaduw doorbrengen in de daaropvolgende dagen telkens met een uur.
Na vier of vijf dagen kun je de planten aan direct zonlicht laten wennen. Hoe merkwaardig het ook klinkt, kunnen wietplanten die onder kunstlicht zijn opgekweekt bij directe blootstelling aan zon overweldigd raken en verbranden. Geef ze dus de tijd om langzaam te wennen.
Wanneer de planten gewend zijn geraakt aan het zonlicht, kun je ze van 's ochtends tot 's avonds buiten zetten en alleen 's nachts naar binnen halen. Gaat alles goed en zien je wietplanten er gezond uit? Dan kun je ze vanaf de volgende dag voor de rest van de kweek buiten laten staan.
Mochten er op enig moment problemen optreden, dan is het belangrijk dat je je planten binnen houdt tot ze er weer helemaal bovenop zijn.
De verzorging en het trainen van je planten
Zodra je planten buiten staan te groeien, is het belangrijk dat je ze goed verzorgt en gezond houdt. Dit is ook het moment om trainingstechnieken toe te passen, want zodra de bloei begint, is het daarvoor te laat.
Zo verzorg je wietplanten tijdens de vegetatieve fase:
- Water geven: geef pas water wanneer ongeveer de bovenste 10mm van de aarde droog aanvoelt. Als het nog steeds vochtig is, hebben je planten nog geen water nodig! Een veelgemaakte fout onder beginners is te veel water geven, iets wat je planten je niet in dank afnemen.
- Voeding geven: te weinig voeding geven is veel beter dan te veel geven. Een ideale manier om je planten goed gevoed te houden, is door alleen biologische plantenvoeding te gebruiken. Daarmee is het niet alleen lastiger om je planten te overvoeden, maar het is ook beter voor het milieu. Welke voeding je ook gebruikt, geef de eerste drie weken slechts minimaal voeding. Meestal bevat aarde namelijk al genoeg voor die periode. Na drie weken kun je een lichte dosis geven en deze geleidelijk aan opbouwen aan de hand van het bijbehorende voedingsschema. Voor autoflowers wordt slechts een kwart van de normale hoeveelheid aanbevolen.
- Controleren op ongedierte: inspecteer je planten regelmatig op ongedierte. Soms zijn plagen met het blote oog zichtbaar, maar andere keren moet je hun aanwezigheid vaststellen aan de hand van specifieke tekenen. Op balkons en dakterrassen zijn je planten kwetsbaarder voor ongedierte dan wanneer je ze binnen kweekt.
De bloei en het oogsten
Op een gegeven moment gaan je planten in bloei, ofwel na de zomerzonnewende of na een tijdsduur die genetisch bepaald is (autoflowers). In elk geval zullen er in dit stadium enkele dingen veranderen.
Bloei
Bloeiende wietplanten hebben een andere verhouding van voedingsstoffen nodig en daarom moet je ze bloeivoeding in plaats van groeivoeding geven. Na een groeispurt aan het begin van de bloei (waarbij een plant in grootte kan verdubbelen), gaan je planten nu al hun energie op de ontwikkeling van toppen richten.
Tijdens de bloei is het essentieel dat de omstandigheden zo constant mogelijk blijven. In dit belangrijke stadium kan stress er namelijk voor zorgen dat een plant hermafrodiet wordt. Hoewel deze reactie op stress op zich best gaaf is, leidt het er vaak toe dat planten mannelijke geslachtsorganen ontwikkelen waarmee ze zichzelf bestuiven. Dit is iets wat de meeste wiettelers willen vermijden. Zelfbestuiving vermindert namelijk de oogst, doordat met trichomen bedekte toppen plaatsmaken voor exemplaren vol zaad. Behandel je planten dus goed en probeer ze zo tevreden mogelijk te houden!
Soms besluiten kwekers om hun planten een week voor het oogsten te 'spoelen'. Daarbij geef je een paar liter zuiver water om alle voeding uit de aarde te spoelen. Volgens sommigen resulteert het erin dat planten de voedingsreserves in hun cellen aanboren, waardoor de kwaliteit van de wiet beter wordt. Toch is spoelen niet essentieel en heeft het uiteindelijk geen invloed op de hoeveelheid die je kunt oogsten.
Het oogsten
De beste manier om te bepalen of je plant klaar is om geoogst te worden, is niet door af te gaan op het aantal dagen dat op de zaadverpakking staat, maar op basis van visuele aanwijzingen. De trichomen op je wiet bieden de beste indicatie. Gebruik een zakmicroscoop om ze goed te bestuderen. Let op de volgende verhoudingen om in te schatten of de toppen rijp genoeg zijn:
- Vooral doorzichtige trichomen: als de meeste trichomen nog doorzichtig zijn, is de plant niet rijp genoeg om geoogst te worden. De trichomen hebben nog niet het maximale THC percentage ontwikkeld.
- 70% melkwitte trichomen: heeft minstens 70% van de trichomen een melkwitte kleur? Dit is het perfecte moment om te oogsten, omdat de concentratie THC in de wiet hierbij het hoogst is.
- Vooral amberkleurige trichomen: zijn veel trichomen amberkleurig geworden? Dan heb je het optimale moment gemist en begint de THC tot CBN af te breken. Als dit het geval is, kun je je wiet maar beter direct oogsten om te voorkomen dat er nog meer THC verloren gaat.
Om te oogsten, knip je de takken in hun geheel van de plant af. Hang ze vervolgens 10–14 dagen ondersteboven in een omgeving van zo'n 20ºC. Gebruik een ventilator om de lucht in beweging en de luchtvochtigheid onder controle te houden. Probeer de blootstelling aan licht tot een minimum te beperken, want ook dat gaat ten koste van de THC!
Na het drogen is tijd om de suikerblaadjes eraf te knippen en de toppen van de takken te verwijderen. Daarna hoef je de wiet alleen nog maar in luchtdichte, glazen potten te curen. Stop de toppen in weckpotten en laat de potten dagelijks één of twee keer korte tijd luchten, zodat vochtige lucht kan ontsnappen en er frisse lucht bij kan. Laat je wiet minstens een week curen, voordat je het gaat roken. Hoe langer je het laat curen, hoe beter de smaak uiteindelijk is.
Wiet op een balkon of dakterras kweken
Zolang je planten genoeg direct zonlicht krijgen, is een balkon of dakterras een ideale omgeving voor je kweek. Het proces is daarbij in grote lijnen hetzelfde als op een andere locatie. Wel is het belangrijk om rekening te houden met de strain, potmaat en trainingstechnieken, vooral als je kleine en onopvallende wietplanten wilt. Maar verder is het kweken op een balkon of dakterras tamelijk simpel, dus waarom probeer je het niet eens?